Je kunt hier twee PDF voorinstellingen (joboptions) downloaden, waarin de optimale instellingen om je print PDF mee op te slaan zijn vastgelegd.

Grootformaat op 100% (zip)
Grootformaat op schaal (zip)
Wanneer kies je voor welke voorinstellingen:

Grootformaat op 100%
Gebruik de Grootformaat PDF voorinstelling voor bestanden die je op ware grootte opmaakt. De maximale afmetingen per zijde verschillen in de Adobe programma’s. Photoshop wijkt hierin af van Illustrator en Indesign. Photoshop werkt op basis van maximale pixels per zijde en Illustrator en Indesign werken op basis van maximale centimeters bij het genereren van een PDF.

Illustrator CC 2019
Maximaal 575 cm
Indesign CC 2019
Maximaal 545 cm
Photoshop CC 2019
30.000 pixels / 100 PPI – 762 cm
30.000 pixels / 70 PPI – 1088 cm
30.000 pixels / 30 PPI – 2540 cm

Afbeeldingen met een te hoge resolutie worden gedownsampled tot 150 PPI. Het bestand wordt zonder kleuromzetting opgeslagen, maar met de gebruikte icc-profielen ingesloten. Daarnaast wordt het bestand zonder snijtekens opgeslagen.

Grootformaat op schaal
Als het bestand dat je opmaakt groter is dan de afmetingen die hierboven staan, moet je het bestand op schaal opmaken. Hierbij is de schaal 1:10 gebruikelijk. Een klein rekenvoorbeeld:

Je bestelt een spandoek van 600 cm breed en deze maak je op schaal op. 600 cm wordt dan 60 cm.

Je slaat je bestand nu op met Grootformaat op schaal. Deze PDF voorinstelling zorgt ervoor dat de resolutie van de afbeeldingen niet teruggebracht wordt naar 300 PPI. Het profiel is zonder kleuromzetting, maar met de gebruikte icc-profielen ingesloten. Daarnaast wordt het bestand zonder snijtekens opgeslagen.

Tip: bij het gebruik van Grootformaat op schaal kunnen je bestanden te zwaar worden. Een bestand mag maximaal 30.000 pixels per zijde hebben en 2 GB groot zijn. Kies in dit geval wel voor downsampling tot de geadviseerde resolutie bij het opslaan. Daarnaast kun je de optie ‘Bewerkingsfuncties behouden’ in Illustrator en Photoshop uitschakelen en in Photoshop een hogere JPG compressie kiezen.

Lees hier hoe je de PDF voorinstellingen importeert.

De minimale en maximale resolutie van jou drukbestanden voor het beste eindresultaat, hangt af van de toepassing en de zichtafstand.

In het algemeen varieert de resolutie tussen de 30 tot 300 PPI. We zullen je hieronder ons advies geven.

• Vanaf 240 PPI: Voor printwerk dat van zeer dichtbij lees- en zichtbaar dient te zijn zoals bv. kleine stickers raden wij 300 PPI aan. Hou in ieder geval minimaal 240 PPI aan.
• Tussen 70-150 PPI: Scherpe print en ook van dichtbij goed lees- en zichtbaar. Prima resolutie voor bijvoorbeeld beurstoepassingen en spandoeken.
• Tussen 30-70 PPI: Prints die op een zichtafstand van enkele meters leesbaar moeten zijn. Deze resolutie gebruik je bij bijvoorbeeld spandoeken of wandbekleding.
• Minder dan 30 PPI: De resolutie voor grote print afmetingen, zoals XXL doeken of billboards welke op grote afstand worden bekeken. Met deze relatief lage resolutie houd je de bestanden bewerkbaar en voldoe je aan onze maximale bestandsgrootte.

Indien je je bestand zodanig kunt opmaken dat alles vector is en er geen pixel onderdelen in verwerkt zitten dan zal jouw print altijd scherp zijn of het nu klein of XXL groot moet worden afgedrukt.

Bij het opmaken van PDF-bestanden voor digitale printwerk, wil je kwaliteitsverlies voorkomen. Normaal gesproken geldt: hoe hoger de resolutie, hoe scherper de print. Lever echter geen onnodig grote bestanden aan. Maak tijdens de opmaak van jouw PDF-bestand een inschatting welke resolutie geschikt is voor de toepassing.

Belangrijk voor een optimaal resultaat

Lever je bestanden bij voorkeur aan in PDF (met de PrintHelden PDF instellingen), of eventueel in JPG of PNG. Bestanden in TIF, PSD, PSB, AI of EPS kunnen problemen geven bij de verwerking. Zet deze bestanden dus om in PDF.

1.

Het liefst ontvangen wij jouw drukbestand op ware grootte, gebruik daarbij de PDF instellingen PrintHelden Ware Grootte. Het maximale formaat van een PDF is 5000 x 5000mm, is jouw product groter dan deze afmeting maar het dan op schaal op. Dus bijvoorbeeld op 25% of op 10%. Gebruik in deze gevallen de PDF instellingen PrintHelden Op Schaal. Pas zip-compressie toe, zodat er geen kwaliteit verloren gaat.

2.

De afloop (bleed) die per zijde wel of niet nodig is verschillen per product. Bij veel van onze producten is geen afloop nodig, dus een netto formaat. Bij andere producten is rondom 5mm afloop nodig. In beide gevallen zonder snij- en/of registratietekens. Op iedere productpagina kun je onder het tabje Informatie vinden of het drukbestand wel of geen afloop nodig heeft.

3.

Voer geen bewerkingen, zoals het croppen van snijtekens of het aanpassen van het formaat, in Acrobat uit. Doe dit altijd in de opmaaksoftware (Illustrator, Photoshop) zelf. Bewerkingen in Acrobat kunnen ongedaan gemaakt worden tijdens het verwerken van de bestanden bij ons. Lever geen beveiligde PDF-bestanden aan.

4.

Als je een JPG-bestand met een ingesloten kleurprofiel gebruikt tijdens het uploaden, wordt dit profiel niet ingesloten door ons systeem en wordt het standaard profiel (FOGRA39 of sRGB) aan het bestand toegewezen. Om dit, en dus kleurproblemen in de print, te voorkomen raden wij aan het bestand aan te leveren als PDF met ingesloten kleurprofiel.

5.

Gebruik in je bestanden maximaal 30.000 pixels per zijde, als je deze maximale pixels overschrijdt kan een bestand corrupt worden of niet verwerkt kunnen worden. Gebruik daarnaast maximaal 2 GB aangegeven bij afbeelding grootte in Photoshop.

6.

Tenslotte: afvlakking zorgt in bepaalde gevallen voor zwaardere, moeilijker te verwerken bestanden.

Lettertypen en lettercontouren

Zet actieve tekst altijd om naar lettercontouren. Zo worden teksten vastgelegd en veiliggesteld, voorkom je fouten in je print en kunnen we de bestanden eventueel openen om te controleren en/of bewerken. Sluit lettertypen voor de zekerheid in, in de PDF.

Lagen in de PDF

Uit de opbouw in lagen kan onze RIP-software geen informatie halen over de print lagen. Werken met lagen is handig tijdens de opmaak, maar vormt risico’s in de RIP en maakt bestanden onnodig groot. Vlak bestanden daarom af en verwijder onzichtbare/verborgen lagen. Laagopbouw wordt tijdens ons geautomatiseerde voorbereiding afgevlakt. Bij onzichtbare/verborgen lagen vanuit Illustrator, bestaat het risico dat de toch geprint worden.

Overdruk en transparanties

In de RIP-software wordt vulling/lijn overdrukken herkend en gesimuleerd. Kleuren van overlappende objecten met overdruk worden bij elkaar opgeteld. Hierdoor ontstaat een nieuwe full color opbouw. Wit als proceskleur (CMYK 0-0-0-0) op overdruk, wordt niet zichtbaar. Deze softwarefunctie dient vooral voor de herkenning van steunkleuren, zoals witprint onder/boven de full color objecten.

Tips:

Vink ’Overdrukken simuleren’ in het uitvoervoorbeeld in Adobe Acrobat (Pro) aan om het effect van overdruk en transparantie te controleren.
Door de cursor in de opmaak te plaatsen, kun je controleren welke opbouw er precies gegenereerd wordt. De waarden van proces- en steunkleuren zijn zichtbaar in het venster ‘Scheidingen’. De waarden vormen de input voor de RIP.

In Adobe Illustrator is het effect te controleren onder het menu ‘Weergave’ bij ‘Voorvertoning overdruk’. De bovenstaande manieren kloppen niet altijd, om er zeker van te zijn raden we aan ook altijd in Adobe Illustrator te checken of het desbetreffende object op overdruk staat of niet.

Let op: transparantie effecten in Adobe Illustrator kunnen hetzelfde resultaat geven als overdruk en/of worden niet altijd juist vertaald in de RIP. We raden je daarom aan niet met transparantie effecten te werken. Doe je dit wel, vlak je bestand dan altijd af om ongewenste resultaten te voorkomen.

Waarom krijg ik een pixelig/blokkerig beeld als ik een afbeelding vergroot? En waarom blijft de kwaliteit wel goed met een vectorbestand tijdens het vergroten?

Oke komt ie: We gaan het je zo goed mogelijk proberen uit te leggen.

• Pixels: Een digitale afbeelding bestaat uit een raster van pixels. Elk blokje heeft een bepaalde kleurwaarde. Een afbeelding kan bijvoorbeeld 1000×1000 pixels(blokjes) groot zijn. Wanneer je die afbeelding afdrukt op 100×100 cm dan is iedere pixel(blokje) dus 1×1 mm groot. Maar wanneer je dezelfde afbeelding op 10×10 mtr afdrukt, dan wordt een pixel dus ineens 10×10 mm groot.
• Vectoren: Een vectorbestand heeft geen pixels maar punten die met elkaar verbonden zijn. Deze worden elke keer tijdens het vergroten en verkleinen herrekend. Zodoende kan het vergroot worden, zonder dat de kwaliteit verloren gaat.
• Vectoriseren: Een logo of tekst kan omgezet worden van een pixelbestand naar een vectorbestand. Dit noemt men vectoriseren. Dit gebeurd handmatig en neemt dus erg veel tijd in beslag!